door Anne van de Swaluw

Team ZeelandRunning kijkt met trots terug op de Amsterdam Marathon van afgelopen weekend, waar Anne niet alleen een prachtig nieuw persoonlijk record liep, maar vooral een mentale overwinning behaalde. Na drie moeizame marathons werd het bij de vierde een race uit het boekje. 

Na drie – toch enigszins – om zeep geholpen marathons, had ik het eigenlijk wel gehad met het marathonlopen.

Drie keer drie maanden alles ervoor doen en laten, en drie keer mezelf niet kunnen belonen. Na de laatste deceptie in Brugge besloot ik hier voorlopig even mee te stoppen.

Een nieuwe blik op lopen

Door een langslepende blessure en de overstap naar triathlon kreeg ik wat afstand van het hardlopen. Begin dit jaar kwam langzaam het besef: fysiek ben ik heus in staat om een goede marathon te lopen, maar m’n hoofd heeft me drie keer in de steek gelaten.

Heel voorzichtig sneed ik het onderwerp aan bij m’n moeder en vriendlief. “Zou ik niet eens een marathon kunnen lopen op basisconditie, voor de fun en proberen een keertje lachend over de streep te komen in plaats van teleurgesteld?”

Het leek toen nog toekomstmuziek, want ik was immers nog geblesseerd. Maar na mijn spontane deelname aan de kwart marathon van Rotterdam in april – waar ik zonder verwachtingen naar een PR op de 10 km liep – was het zaadje definitief gepland om te kijken of ik na de Ironman 70.3 Knokke op 7 september een najaarsmarathon zou kunnen meepakken.

Een kans uit duizenden 

In de zomer belde Koole Sport: of ik het leuk zou vinden om gesponsord te worden door Mizuno / Koole Sport en via hen mee wilde doen aan de (halve) marathon. Omdat het fysiek en conditioneel steeds beter ging en dit echt voelde als een uitgelezen kans, hoefde ik er niet lang over na te denken. Het antwoord was JA!

Herstelmodus aan

Na de Ironman zat ik zeker op een roze wolk, maar stiekem was mijn hoofd al in Amsterdam. Ik deed er alles aan om zo snel mogelijk te herstellen: goed eten en slapen, sauna bezoeken, losfietsen, naar de masseur. En ja, ook dat eerste loopje op donderdag tegen het advies van trainer Jos in. 🫢 Dat loopje voelde goed. De vorm was er nog en die bevestiging had ik nodig. We timmerden een plan in elkaar om in de 5 weken die erover waren de balans te vinden tussen specifieke marathon trainingen en niet overbelasten. Conditioneel verliep alles erg goed, maar voelde ook al snel dat ik met mijn lijf op een dun koordje liep.

Met extra behandelingen bij masseur Laurent, een check-up bij sportfysio Jeanine en flink wat aandacht voor mobiliteit, yoga en herstel, kon ik elke training afvinken.

De week van de waarheid

De week van de marathon kwam de bekende taperstress. Vooral de angst of m’n lijf het zou gaan houden was groot. Ik kreeg namelijk het weekend voor de marathon nog een pijntje. Een last-minute behandeling bij Fytaal Zeeland op vrijdag gaf wat vertrouwen, maar ik begon er ook rekening mee te houden dat een DNF ook tot de mogelijkheden zou kunnen horen. Gek genoeg gaf dat juist rust.

De race – ‘gewoon een lange duurloop’

Na een redelijke nacht in het Radisson Hotel in Amsterdam-Zuid voelde ik diezelfde rust.

Elke keer als ik ’s nachts wakker werd, zei ik tegen mezelf: het is gewoon een extra lange duurloop vandaag.

Na een korte reis naar de VIP parking, kwamen we rond 08:00 uur aan in de Mizuno VIP Area, waar ik relaxed m’n laatste voorbereidingen kon doen. Om 08:45 uur ging ik richting de startvakken om vervolgens om 09:09 uur de start te passeren.

Ik had vier scenario’s:

Plan A: 19 km duurtempo, soepel versnellen tot 30 km, dan marathon pace

Plan B: 30 km duurtempo, dan marathon pace

Plan C: 42 km duurloop

Plan D: DNF als m’n lijf niet meewerkte

De eerste kilometers voelden goed. De reactie van de pijntjes bleef uit en ik was echt goed gefocust op ontspanning houden zoals in de duurtrainingen. Af en toe even diep ademhalen hielp daarbij. Aan de Amstel begon ik vertrouwen te krijgen in plan A en besloot na de brug bij Ouderkerk (19 km) soepel door te versnellen. Dat was overigens nog een hele uitdaging met die drukte op het parcours. Dus m’n koers skills vanuit mijn tijd als wielrenster kwamen goed van pas om me door de meute heen te bewegen.

Om ontspannen te blijven, gaf ik mezelf ook simpele opdrachten: op 20 km drinken, op 22 km een gel. Niet dromen over eindtijden, maar denken in het uitvoeren van taken.

De beslissende kilometers

Bij het 30 km punt voelde ik me sterker dan ooit. Ik dacht aan triathlons, waar je na twee inspanningen ook nog moet lopen en besloot dat ik dit ook aan kon.

De pijn in m’n benen werd natuurlijk wel steeds heviger, vooral de verdiepte ligging vlak voor de Toronto brug op 36 km hakte erin. Ik besloot nog een paar sipjes van m’n gelletje te nemen en kon toch blijven pushen. Tot in het Vondelpark. Daar werd het fysiek en mentaal zwaar. Ik vroeg me af wat het me nog zou brengen om verder door de pijn te blijven duwen. Die pijn was het logische vervolg van relatief weinig kilometers in de benen en die sub 3:30 en het PR waren al binnen. Dus besloot ik het laatste rechte stuk (~2 km) in gestrekte draf naar de finish te lopen.

De finish – een overwinning op mezelf 

Vlak voor de finish zag ik mijn vriend, die als VIP bij het hek kon staan. Dat moment… sprakeloos. Een mix van blijdschap, opluchting en ongeloof. Even later in de Mizuno VIP Area dachten ze misschien dat ik verdrietig was, maar het waren tranen van geluk.

Want dit betekende meer voor me dan een goede tijd. Het was m’n eerste succeservaring op de marathon en dan ook nog eens met een negative split. Dit was iets waar ik 3,5 jaar op heb gewacht. Een overwinning op mezelf, eentje die ik nog lang met me mee zal en kan dragen. 🫶🏻

Dankjewel aan Mizuno, Koole Sport, Massage Laurentius, Fytaal Zeeland en natuurlijk trainer Jos voor de begeleiding, support en het vertrouwen.

Want deze marathon was niet zomaar een race, maar mijn eigen kunststukje.

Run Your Masterpiece. 🎨🏃🏼‍♀️